Skip to content

Wie en wat

Missie en visie

VIVEL is het Vlaams Instituut voor de Eerste Lijn dat sinds 1 mei 2019 erkend en gefinancierd wordt door de Vlaamse overheid als partnerorganisatie voor de eerste lijn. 

Als netwerkorganisatie draagt VIVEL bij aan een kwaliteitsvolle en toegankelijke zorg en ondersteuning in Vlaanderen en Brussel.

Wij geloven dat een nauwe samenwerking tussen alle actoren in de zorg noodzakelijk is voor een betere gezondheid en welzijn van elke burger en voor een optimale hulpverlening aan mensen met een zorg- en ondersteuningsnood.

De samenwerking in een hecht netwerk van zorg en ondersteuning rond de persoon met een zorg- en ondersteuningsnood, kan zijn individuele welzijn en zijn lichamelijke en geestelijke gezondheid verbeteren. Daarom stimuleert VIVEL participatieve en transsectorale samenwerking.

VIVEL is een gezamenlijk initiatief van:

  • zorg- en welzijnsvoorzieningen;
  • vertegenwoordigers van patiënten, gebruikers en mantelzorgers;
  • expertisecentra;
  • lokale besturen.

Naast deze initiatiefnemers werkt VIVEL nauw samen met vele andere partners, afhankelijk van de context.

Bij VIVEL hanteren we de Quintuple Aim, als toetssteen voor al onze strategieën en beslissingen. Deze vijf pijlers vormen ons kompas. 

Voor wie?

VIVEL versterkt de brede eerste lijn in de gezondheids- en welzijnssector.

We ondersteunen alle formele en informele zorgaanbieders, de zorgraden en de (toekomstige) regionale zorgplatformen. We versterken de samenwerking tussen de diverse actoren in de eerste lijn en bieden hen tools aan om het welzijn en de gezondheid van de hele populatie in hun regio te verbeteren, met bijzondere aandacht voor de meest kwetsbare groepen.

Onze centrale uitgangspunten:

  • het betrekken van alle mogelijke stakeholders;
  • interprofessionele samenwerking gebaseerd op gelijkwaardigheid en met respect voor elke zorgaanbieder;
  • het versterken van dynamieken in lokale gemeenschappen en buurten;
  • het valoriseren van evidence-based expertise, gecombineerd met de expertise van lokale beleidsvoerders, hulpverleners, mantelzorgers en personen met een zorg- en ondersteuningsnood;
  • aandacht voor buitenlandse voorbeelden en interactie met buitenlandse organisaties die zorgaanbieders ondersteunen.